Rotterdam
Een dinsdag begin jaren negentig. Een wapperende vlag op de Euromast. Het is voorjaar, een vliegtuig zweeft over, het Maaswater stroomt, op zijn sokkel in het plantsoen staat Erasmus in bloei. Uit verschillende landen en stadsdelen heeft de poëzie vandaag halverwege de Heemraadsingel een handvol dichters bijeengeblazen. Ze heeft de armen over elkaar geslagen en kijkt nieuwsgierig toe hoe dat voegt en wat daaruit ontstaat. Er wordt om de tafel gezeten, glazen geheven, plannen ontvouwd en woordkastelen. Vanaf dit nulpunt komt het gezelschap eens per maand samen om elkaars werk te bespreken. Hun
nieuwschierigheid is gul maar heeft een rood pennetje. Dat schrapt en schrijnt maar waar rook is, groeit vuur, waar gezaaid wordt de hoop op graan en klaprozen. De poëzie kijkt. Op de tafel vlammen, stamelen en sissen de gedichten. Een deel hiervan is bijeengebracht in deze bloemlezing. De poëzie leeft, de wereldstad bruist! 
 
Brandnetels, graanvelden en klaprozen. En zie, hier zijn woestijnrozen, klaprozen en vuurdistels in een prachtige en wonderlijke bloemlezing bijeengebracht. Een bundel met gedichten vol saudade, duende, humor en vooral heel veel liefde. 
 
B.J. Inx 
 
B.J. Inx zegt: 'smul hiervan als van een verse krop botersla of van een geroofde en idiootdure wijn', 'de poëzie leeft, de wereldstad bruist’.
 
Published in November 2022